Infiltratie in fort Asperen
Het kunstenaarsduo Liesbeth Bik en Jos van der Pol laat zich in hun werk inspireren door de omgeving. Fort Asperen kon niet anders dan tot een tentoonstelling leiden over grenzen, verdedigingslinies, oorlog, bezetting, verdedigingstactieken, samenzweringen en infiltranten.
Too late, too little, (and how) to fail gracefully poogt territoria te doorbreken, rookgordijnen op te werpen en de bezoeker vooral op het verkeerde been te zetten.
In het fort staat de herrie-makende installatie Air Time van Jasper Niens. Met een compressor wordt druk opgebouwd om iets in beweging te zetten, maar wat? Lange rode snoeren verdwijnen ergens bovenin de schacht. Ik kan het niet helemaal plaatsen. Elke minuut is er weer dat geluid van druk opbouwen en loslaten met een piepende sis. Bovengekomen bekijk ik de boekjes van Lara Almarcequi over ruïnes in het half donker. Op de muren heeft zij de Bouwmaterialen Fort Asperen in beeld gebracht. Een lijstje met gewichten van hoeveelheden steen, cement en zand staan in zwarte letters op de muren gekalkt. Het imposante fort is teruggebracht tot de som der delen. Opeens sta ik in een zee van licht en zwiepen de luiken open. Prachtig uitzicht op groen gebladerte en de rivier de Linge (de langste van Nederland). Het schouwspel duurt even en dan vallen de luiken weer dicht en is de nis weer in het duister gehuld. In de volgende nis gebeurt hetzelfde. Air Time speelt een spel met licht en donker (of gaat het gevecht aan met) en de compressor trekt elke minuut alle zeven luiken op de bovenste verdieping open. Wat een verrassing om dit al lopend te ontdekken. Een van de weinige ruimtelijke objecten zijn de prachtige glazen lampen gemaakt door Nomeda en Gediminas Urbonas in samenwerking met het Leerdams glasmuseum. Ze liggen geschakeld op tafels en verspreiden verschillende kleuren licht. De vorm is afgeleid van een zak met lucht. Dezelfde zak die gebruikt wordt om duiven te trainen. Het zijn de trofeeën voor de winnaars van de postduivenrace om de Fort Asperen Cup. Een happening tijdens de opening van de tentoonstelling. Een postduif was in vroeger tijden een boodschapper tussen militaire legioenen. Hoezo vredesduif?
In de nissen van het fort staan opvallend veel flatscreens. De meeste kunstenaars vatten het thema van infiltratie, grensoverschrijding en oorlog samen in een videofilm. Een ruimte is zelfs gevuld met twintig flatscreens. Er zijn nauwelijks bezoekers en de films draaien voor de muren en mij. Vlaggen, veel vlaggen, protestmarsen, schreeuwende mensen, vreugdevuren, pannen soep, actievoerders en fanfarekorpsen vullen het beeld. Het is een overkill aan geluid, geschreeuw en geschiet en ik loop door naar een intieme nis voor de videoprojecties Serious Games en A Sun with no Shadow van Harun Farocki. Hij toont computergames die gebruikt worden voor training van Amerikaanse soldaten. Een slachtoffer, een dode hond of een colablikje wordt met veel precisie in het spel gebracht. Zelfs de schaduw van de tank door de zon wordt gesimuleerd. Het moet allemaal zo echt mogelijk lijken. Zo worden soldaten voorbereid maar krijgen ook een ‘mindset’ opgedrongen. Een bijna huilende soldaat in camouflage-tenue bezorgt me buikpijn waarna ik op zoek ga naar iets luchtigers.
Ontwapenend is het videowerk ‘ ‘ van Navid Nuur met twee kippen. Onder hypnose blijven ze gebiologeerd op het asfalt zitten voor een getekend vierkant met een schuine streep erin. De dieren menen er een roofvogel in te herkennen. Na een poepje van de zenuwen op het grijze asfalt, waggelen ze weg bij het vierkant. Simpel maar boeiend om te zien omdat je verwacht dat ze het vierkant gaan betreden en de grens overschrijden. Teruglopend naar de auto, ren ik nog even terug voor een kunstwerk van Navid Nuur: een button met de tekst We share Air. Gratis voor iedere bezoeker.
Too late, too little, (and how) to fail gracefully Kunstfort Asperen t/m 25 september.